S04E06 Honduras

Gepubliceerd door mark op

Op 21 november steken we de grens vanaf Guatemala over naar Honduras. We proberen de havenstad Puerto Barrios in Guatemala achter ons te laten, maar dat valt nog niet mee. De weg is echt super druk en de strook aan de zijkant van de weg is smal of soms zelfs helemaal kapot gereden. We komen daardoor soms letterlijk tussen het verkeer terecht en dat wil je echt niet. De auto’s en vooral de vele vrachtwagens met hun vracht voor de havenstad maken het ons lastig. Gelukkig kunnen we na een kilometer of 15 afbuigen naar links en komen op een super rustige weg terecht. Er gaat namelijk weinig verkeer naar de grens van Honduras. Dat het ook op een rustige weg ernstig fout kan gaan zien we van dichtbij, een vrachtauto ligt op zijn zijkant en trekt veel ramptoeristen. Waarschijnlijk heeft de dode koe die ervoor ligt er iets mee te maken. Wij fietsen maar snel door. Het is heel groen zo aan de Caribische kust en je ziet vooral palmbomen voor de palmolie en bananen plantages. Als we bij de grens aankomen, ervaren we een van de snelste grensovergangen tot nu toe. Het duurt nog geen 10 minuten voordat we een uitreisstempel en een stempel van Honduras in ons paspoort hebben staan. We worden wel voor de eerste keer gevraagd om onze vingerafdrukken af te geven en er wordt een foto gemaakt. In de namiddag komen we op een paradijsje terecht pal aan de kust. Ik vraag of we daar mogen kamperen en dat vindt de eigenaar geen enkel probleem. Hij vindt het wel gezellig met ons en komt erbij zitten. Onder het genot van een biertje vertelt hij dat hij ook reiziger is en hier samen met zijn vrouw is neergestreken om bij de familie van zijn vrouw te zijn. De vader van zijn vrouw is helaas die dag gestorven vertelt hij ons. Dit heeft twee kanten, uiteraard verdriet maar ook weer een mogelijkheid om het reizen op te pakken. Ze hoeven nu niet meer hier te blijven voor familie. Aan het begin van de avond als we afscheid nemen wil hij geen geld aannemen, maar we hebben gegeten en gedronken en dus willen we wel betalen. We zien die avond de zon in zee zakken en moeten een klein beetje waakzaam zijn omdat de buurkinderen ook op het strand spelen waar wij kamperen. We ruimen alles goed op en binden de spullen bij elkaar zodat het niet voor het grijpen ligt. In de nacht horen we alleen het ruizen van de zee. Ook in Honduras is het druk op de weg, zeker bij de tolwegen. Bij de poortjes van de tolweg moeten wij deze voorbij aan de linkerkant. Lekker handig, je moet dan twee keer het verkeer kruizen. Niet over nagedacht als je het ons vraagt. Het blijft groen en we vinden af en toe een weg binnendoor. Zelfs zo binnendoor dat we uiteindelijk midden in een ghetto terecht komen. Daar zijn we maar blijven bewegen, maar echte bedreiging hebben we niet ervaren. Na dit avontuur komen we weer op de snelweg terecht en fietsen de grote stad El Progreso binnen. In de grotere plaatsen van Honduras stikt het van de hotels. Het vierde hotel is perfect en goed te betalen, zo rond de 13 euro. Onderweg komen we niet veel trekpleisters tegen zoals dat het geval was in bijvoorbeeld Mexico. We genieten vooral van de lokale bevolking. De een leert zijn kind, dat opgevouwen in een mandje voorop de fiets zit, tellen en het andere gezin wordt bijgestaan door maatschappelijk werksters, die maar wat graag met ons op de foto willen. Na 22 dagen fietsen zitten we bijna op de 1.500 kilometer. We gaan sneller dan andere jaren, maar dat komt vooral doordat het redelijk vlak is. Hoger dan een meter of 300 hebben we nog niet geklommen, maar dit komt binnenkort. We passeren de slager, hopelijk is het varkentje meer humaan geslacht dan in Nederland door verstikking. Hij hangt er in ieder geval vredig bij. We genieten van de vriendelijke mensen. Als je hier bijvoorbeeld vraagt om een “milkshake” en die hebben ze eigenlijk niet, dan wordt deze gehaald in het dorp. Ze lachen even naar je en wij wachten dan af wat er komen gaat. Na 20 minuten stonden er heerlijke bananenshakes voor onze neuzen, zonder suiker en dat vinden ze erg vreemd. We zijn nu in La Ceiba, de laatste stad aan de Caribische kust van Honduras. Vanaf hier gaan we na onze rustdag van morgen op 28 november landinwaarts en dan beginnen de beklimmingen van de bergen. We zullen in zuid westelijke richting fietsen naar de grens van Nicaragua. Meer avonturen volgen!