S05E04 Veracruz
Via een strak geasfalteerde weg die dicht langs de kust loopt vervolgen we onze route richting het noordwesten. Het waait alleen heel hard, windkracht 6 zeker. Uiteraard niet in onze rug, maar schuin tegen. Omdat onze benen al sterk zijn, gaan we vol tegen de wind in en genieten we van het ruige zeewater in de verte. Als we een brug over moeten, besluiten we om deze lopend tegen het verkeer in over te steken anders waaien we zo de rijbaan op. Het is goed dat onze helmen met een touwtje vastzitten anders waren die weg gewaaid. In ieder iets groter plaatsje kom je de koloniale gebouwen tegen, in altijd frisse kleuren. Zon en regen wisselen zich af. Het is door de vele regenval prachtig groen zo langs de kust, het doet ons denken aan de kustlijn van Panama aan de oostzijde. Plots doemt in de verte de grote stad Veracruz op. De stad start in de buitenwijk met prachtige resorts hoog omheind vol grote huizen. Meestal is de buitenwijk juist de slechte wijk. We fietsen daarna kilometers lang over de boulevard, malacon heet dat hier. We hadden op onze reisapp I-overlander een leuk hotel gevonden midden in de oude stad. Het hotel bevalt uitstekend en we besluiten 3 nachten te blijven. We kunnen hierdoor de stad goed verkennen. Eerst per toeristenbus, later lopend. Ook bezoeken we het prachtige aquarium en bekijken de haven vol met mega grote schepen. Als we onze reis hervatten is de zon weer volop gaan schijnen. We willen de archeologische site Cempoala bezoeken, maar deze is dicht blijkt als we aankomen. Op de kaart heeft Majlits een extra tempel gezien die in het suikerriet verscholen staat. Deze zoeken we op, we hebben de tempel voor onszelf en kunnen prachtige foto’s maken (met statief). De route die we rijden varieert van landweggetjes tussen het suikerriet, snelweg, fietspad tot een eeuwenoude weg met kasseien. Van deze kasseien word je op je fiets niet blij. We vieren onze eerste 1000km met een grote Modelo bier, die gaat er wel in. Zomaar uit het niets ontmoeten we 3 Mexicaanse wielrenners, ze komen als een geschenk op ons af want de versnellingen van Majlits haar fiets werken niet goed en moeten worden afgesteld. Ik had al een poging gedaan, maar daardoor werd het helaas slechter. We wielrennen 10 km met hen mee, ook nog in de juiste richting en de fiets wordt professioneel onder handen genomen. Wij krijgen van de moeder des huizes ook nog een bak koffie met een koekje. Zo lief allemaal weer. We nemen afscheid en de fiets lijkt het weer te doen. Helaas valt toch de ketting bij de eerste steile klim weer van het voorblad. Als we in het bijzondere plaatsje Papantla aankomen gaan we op zoek naar een fietsenmaker. Deze vinden we en met wat hulp van twee kanten en na het vervangen van de kabel, lijkt het iets beter te gaan. Op hoop van zegen. Op het plein laten we onze schoenen maken, het stiksel liet los. Plots zien we ver in de hoogte op een paal van 80 meter hoog 5 mensen zitten. Nadat de middelste man minutenlang met fluit en trommel speelt, duikelen 4 mannen langzaam aan een touw naar beneden. Hierbij draaien ze rondom de paal en wikkelt het touw zich af. De mannen behoren tot het indiaans volk, Totonaken, waar er nog zo’n 411.000 van zijn. Geweldig weer om te zien. Kijk hieronder hoe die vliegende mannen eruitzien: